Alle berichten van st het braambos

Verschenen William Gadsby 3

William Gadsby – De geestelijke metgezel van Kershaw, Deel 3

  1. Matthéüs 5:32 / De aard en het doel van de huwelijksvereniging… 3
  2. Jesaja 33:20 / Sion, de stad van onze plechtigheden……………………… 31
  3. Psalm 86:15 / De lankmoedigheid des Heeren………………………………. 89
  4. Lukas 18:13 / Het gebed van de tollenaar…………………………………….. 113
  5. 2 Timótheüs 4:1-3 Ordeningspreek James Jacks…………………………. 130

Oorspronkelijke titels, Sermons by William Gadsby, Gospel Standard Trust Publications 1884 en 1991, The works of the late William Gadsby Volume 1 en 2, John Gadsby 1851, Diverse Gospel Standards

Vertaling, R. Pieterman, RuthInterpres

ISBN 978-90-76450-12-4

Philpot persoonlijk

Ik kan niet zeggen, dat preken bij afscheid of rouw en op gedenkdagen mij erg bevallen. En wanneer ik ook getracht heb te preken met het oog op zulke gelegenheden, dan is het maar zelden, dat ik enige vrijheid naar de ziel, of om te spreken gehad heb. Niet zo lang voordat ik de Staatskerk heb verlaten, heb ik een les geleerd aangaande dit onderwerp, die mij zeer belet heeft, zelfs ook maar de poging te wagen. De omstandigheid waarop ik zinspeel was deze. Paaszondag naderde, hetgeen, zoals u weet, in de Kerk van Engeland de gedenkdag is van de opstanding van Christus. Op de zaterdagavond onmiddellijk eraan voorafgaande, maakte ik een wandeling, zoals ik gewoon was dat te doen. En ik werd ertoe gebracht te mediteren over de aanstaande zondag, toen deze woorden met enige kracht op mijn gemoed kwamen: ‘De kracht Zijner opstanding.’ Ik meende, dat de woorden erg gepast waren voor de gelegenheid. En ik scheen geleid te worden in een gang van zoete en troostvolle overdenking erover, zodat ik helemaal verwachtte, dat ik een tekst had voor de volgende dag, van waaruit ik zou kunnen spreken met enige vrijheid en met enig gevoel. Maar toen de volgende dag aanbrak, was de tekst geheel weggenomen. In feite bleef er nauwelijks een enkele gedachte van over, zodat ik verplicht was uit enige andere woorden te spreken. Enkele zondagen later kwam de tekst terug op mijn gemoed, en toen werd ik in staat gesteld met enige zoetheid eruit te spreken. Uit dit voorval besloot ik, dal het niet de wil des Heeren was, dat ik predikaties zou uitspreken, die gepast zouden zijn voor bijzondere gelegenheden. En vanaf die tijd tot op dit ogenblik heb ik het heel zelden geprobeerd. Maar nadat u mij zeer geboeid hebt aangehoord, en na de volle vergaderingen, die er zijn samengekomen gedurende mijn bezoek aan deze plaats, meen ik, dat ik in mijn juiste gevoelen tekort zou schieten, indien ik u zou verlaten zonder op de een of andere wijze mijn wensen en begeerten uit te drukken met u ‘vaarwel’ te zeggen.

Philpot aan het woord

Philpot in De tekenen der tijden: Wat de massa’s willen is geen godsdienst, in welke vorm dan ook, maar zoveel ze maar kunnen krijgen van aards plezier en geluk. Ze roepen eerder: Weg met alle godsdienst, .. Het achtste hoofd van het beest, een ongelovige macht, nauw verbonden met het zevende zegel, uit de kolkende zee (tijdgeest) zal een machtige veroveraar opkomen die zichzelf zal uitroepen tot een zoon en kampioen, niet van revolutie, maar van het ongeloof!

Philpot Persoonlijk

Hij is een groot Zaligmaker, want wij zijn grote zondaars (ik spreek voor mijzelf). Ik ken geen groter zondaar, dan hij die nu vanavond tot u spreekt; de voornaamste der zondaren en de allerminste van alle heiligen; en dat doet hem behoefte hebben aan zulk een Zaligmaker als Jezus is; en om verzoend te worden en wel bijna iedere dag, door Zijn leven. O welk een genade, dat Hij, Die dood was leeft aan de rechterhand Gods.

Philpot persoonlijk

Hoe vaak ben ik op de kansel gekomen met wel duizend gevoelens van opstand en heb ik gewenst alles te zijn behalve predikant! Doch, wanneer wij een weinig leven in onze ziel beginnen te voelen en het wordt vertederd en week gemaakt door de goedheid des Heeren, dan zingen wij een andere toon en spreken: Wat is het goed om hier te zijn! O ellendig, ellendig schepsel om zulk een afkeer te hebben van die dingen, welke mijn ziel in het binnenste van mij begeert lief te hebben! Welk een walgelijk schepsel was ik, een afkeer te hebben en om moe te zijn van de Heere en van deze hemelse wezelijkheden, waarin, naar ik weet, al mijn gelukzaligheid waarlijk bestaat!

Fowler Persoonlijk

Henry: Ik worstelde verscheidene weken lang met beproevingen omtrent ongeloof. ….Ik herinner mij een dag dat toen ik op de markt te Portsmouth liep, ik plotseling werd aangevallen met een geest van godslastering en opstand..de vijand fluisterde mij in: gij doet er beter aan uzelf te verdrinken dan zou al die ellende een einde hebben. Zulke wanhopige gedachte deed mij sidderen en ik strijde met de Heere, die had toegelaten dat ik in zulke toestand was gekomen. Ten laatste kwamen deze woorden allerkrachtigst in mijn gemoed: Wees niet gelijk een paard, gelijk een muilezel, welke geen verstand heeft, welks muil men breidelt met toom en gebit. Dit stuitte in korte tijd mijn opstand en dacht: Wel, ik heb gehandeld gelijk een beest! Heeft de Heere geen recht om mij te beproeven gelijk het Hem behaagt?

..Bij het herdenken van dit bezoekingsuur, ben ik geneigd te geloven dat het Gods leerschool was en dat Hij mij voorbereidde, om voor Zijn volk van enig nut te zijn en ik geloof dat de leerschool van beproeving beter berekend is, om een nuttig prediker van Jezus Christus toe te bereiden, dan al de geleerdheid van al de hoge scholen en academies in het heelal. Alle menselijke bekwaamheden die iemand kan hebben, kunnen hem niet tot een leraar van Jezus Christus maken

Meehelper gezocht

De stichting is op zoek naar iemand die mee wil helpen informatie te verzamelen of op te stellen voor de website, en of teksten in te spreken. We zien er naar uit dat u interesse hebt en nodigen u uit een E-mail te sturen.

tiptaft persoonlijk

Ik bemerk dat mijn oude natuur erg sterk aan geld gehecht is, als ik ervan scheid. Als ik had geleefd in de dagen der apostelen, zou ik in mijn hart de zonde van Ananias hebben gevonden, als ze al niet de overhand had verkregen. Alles verkopen of een deel verkopen is een heel verschillende zaak. Maar als de wereld ziet, dat we hebzuchtig zijn en geen offers willen brengen, staan ze gereed te zeggen: ‘Wat doet u meer dan anderen doen?’

philpot aan het woord

Mijn vrienden, uw eigen wijsheid, uw eigen kracht, uw eigen gerechtigheid, uw eigen godsdienst –weg ermee! Het is geen cent waard in de dingen van God. Maar hoe dieper u uw behoefte voelt, hoe gepaster Jezus is. Hoe meer leeg, hoe meer plaats om gevuld te worden; hoe meer uitgekleed, hoe meer plaats om bekleed te worden; hoe meer terneergeslagen, hoe meer plaats om opgericht te worden.

philpot persoonlijk

Welnu, indien u het kunt stellen met een godsdienst, die hierbij ten achter blijft, welke dit dan ook zijn mag, ik kan dit niet. Ik heb een einde gezien aan iedere andere godsdienst. Geen andere godsdienst zal een schuldige consciëntie stillen. Geen andere zal van vrede spreken tot een bekommerd hart. Geen andere zal twij­fel en vrees uitbannen. Geen andere zal mij hier zegenen en mij ook niet veilig ten hemel opnemen hierna. Maar ik ben er zeker van, dat die godsdienst, die Gods gave en Gods werk is, en die niet in de wijsheid van de mens staat, maar in de kracht van God, dat die mij hier zal zegenen, en mij hierna ten hemel zal opnemen. Ik ben er zeker van, dat wat God tot mijn ziel spreekt, stand zal houden, als de wereld in brand zal staan.

philpot aan het woord

Johannes waarschuwde voor de vele valse profeten en ze moesten de geesten beproeven. En zo zal het zijn tot het einde van de tijd; vele blinden die de blinden leiden, en maar weinigen die het heerlijke Evangelie prediken. Dode belijders horen niet graag hoe weinig mensen een godsdienst van de rechte soort hebben, die stand zal houden wanneer de wereld in vuur en vlam staat. Zij die het kostelijke van het snode scheiden, als dienaars van Christus, zullen gehaat en veracht worden. Het is de waarheid die ergernis geeft.

philpot persoonlijk

Ik ben ervan overtuigd, dat er voor mij tijden zijn, waarin ik niet meer godsdienst, niet meer geestelijk gevoel schijn te hebben, en het werk Gods in mijn consciëntie niet meer kan naspeuren, dan alsof er geen God, geen hemel, geen hel, geen oordeel, geen eeuwigheid was. Maar door genade zijn er tijden en ogenblikken, waarop mijn hart ernstig wordt gestemd door de Goddelijke zaken. Wanneer deze met dat gewicht en met die kracht op mijn ziel liggen, dat ik ze wel moet gevoelen, of ik nu wil of niet.