Ik wil even vooropstellen dat als er onder u zijn die zichzelf vleien met hun eigen goedheid, u zichzelf bedriegt. U bent schuldig aan de ontzettende misdaad van een zielsverdoemende misleiding; u gelooft een leugen en als genade het niet verhindert, zult u uiteindelijk eeuwig verloren zijn. Maar anderzijds, als hier een ziel is die zich gevoelig en bevindelijk in het geval van de arme tollenaar bevindt, dan bent u aan de deur van Gods genade. U zult zo zeker genade ontvangen alsof u ze al had.
Categorie archieven: Kernuitspraak
Tiptaft aan het woord
Als iemand bijzonder begunstigd en gezegend wordt, is het zeker dat hij beproefd en geoefend zal worden.
Tiptaft aan het woord
Over Psalm 30:6; David zegt: ‘HEERE, Gij hebt mijn ziel uit het graf opgevoerd’. Wel, dat is een lage plaats om daar gebracht te worden – het graf. Hij zegt niet: ‘Ik ben er zelf uitgekomen!’ Nee, het is alles vrije genade, er is geen verheffing van zichzelf of zijn eigen kracht: ‘Gij hebt mij bij het leven behouden’ zegt hij, ‘dat ik in den kuil niet ben nedergedaald.’
Gadsby aan het woord
Gods volk zijn wormen en als u er nooit toe gebracht bent om deze waarheid te voelen, dan kunt u ervan op aan dat de hel uw deel zal zijn.
Warburton aan het woord
Alle openbaringen die een mens mag hebben, welke niet door Hem zijn, en als Christus niet door de gezegende werkingen en toepassing van ‘s Heeren Geest in het hard geopenbaard wordt, zijn geen duit waard.
Gadsby aan het woord
We zijn nu een nieuw jaar ingegaan. Laten we terugblikken en onszelf afvragen wat onze handelwijze gedurende afgelopen jaar geweest is. Wij hebben gezondigd tegen God en hebben grotelijks gefaald in de vervulling van onze verschillende plichten. Ach, zouden wij God kunnen ontmoeten op grond van onze eigen werken? Helaas! Als dit het verbond moet zijn, dan zouden wij moeten omkomen. Maar Hij heeft ons veilig door verleden jaar heen gebracht en hier zijn we nu, levende bewijzen van Zijn liefde en getrouwheid. O, mogen wij dan neerzinken voor Zijn voetbank, Zijn goedheid aanbidden, Hem vertrouwen voor de toekomst en Hem verheerlijken met ons lichaam en onze geest, die Zijne zijn.
Tiptaft aan het woord
Alle godsdienst die we hebben voordat we wedergeboren zijn, is niets beter dan het aanbidden van duivelen.
Philpot aan het woord
Er zijn veel meer mensen verloren onder het Evangelie dan dat er verlosten zijn door het Evangelie, want in een gemeente zijn veel meer ongelovigen dan gelovigen. Voor veel meer mensen is het Evangelie een reuk des doods ten dode dan dat het een reuk des levens is ten leven. Er is dus een openbaring van het Evangelie aan de uitverkorenen en een bedekking van het Evangelie voor de verworpenen. Er is een kracht die gepaard gaat met het Woord tot degenen die God heeft verkoren tot het eeuwige leven, maar voor degenen die verloren zijn, is dit alles verborgen.
Dit is een van de grote mysteries waarvan God geen rekenschap geeft. Het kan alleen maar uitgelegd worden vanuit Zijn soevereiniteit en Zijn almachtige beschikking. Hij laat ook niet toe dat de mens zich daarmee bemoeit.
Philpot aan het woord
Hoe dieper de Godsdienst des mensen is, des te krachtiger zijn de vijanden, die hem aanvallen. Het kind heeft kleine genade en weinig vijanden; de man in Christus en die krachtig is in den Heere heeft vijanden, geëvenredigd naar zijne krachten; hoe groter genade, des te meer beproevingen; hoe sterker geloof, des te zwaarder lasten.
Philpot aan het woord
Zoek noch verwacht grote dingen die in de regel bedrieglijk zijn, maar tracht naar wezenlijke dingen, om het leven en de kracht Gods aan uw ziel te ervaren, en een toevloeien van zalving en genade voor de zielen van anderen.
Gadsby aan het woord
Er is een levende godsdienst, en als u deze in uw hart bezit, zult u ten laatsten dage leven. Wanneer de wereld in vuur en vlam staat, zullen alle andere godsdiensten sterven, omdat ze vals zijn.
Philpot aan het woord
Waarschijnlijk zou u uw pijlen op Huntington geschoten hebben als een dweper, en op Harts gezangen als al te zwartgallig, en Warburton veracht hebben als altijd over de verdorvenheid sprekende, tenzij de klep van de woedende stoomketel uws harten u enige kennis gaf van hetgeen daarbinnen is.
Gadsby aan het woord
‘Zij keerden zich niet om.’ Een dienaar die zich kan omkeren om zijn hoorders te believen, is de naam van een dienaar niet waard. Als ze recht onderwezen zijn, zullen ze ‘rechtuit’ gaan en zich er niet druk om maken of ze mensen boos maken of niet. Hij denkt er niet over Gods waarheid af te zwakken om te voorkomen dat hij een antinomiaan genoemd wordt of een paar respectabele mensen wegjaagt.
Covell aan het woord
Het zaad van de gezegende God wast op in Jezus Christus en voelt dat Hij hun Leven en de Lengte hunner dagen is. Zij leven als bewijs van Gods kracht, goedheid en trouw, Die hun ziel onderhoudt in deze woestijnwereld waar zij doorheen trekken
Taylor aan het woord
Philpot is niet meer. En nu moeten wij verder strijden, vrienden. Twee of drie van ons oude predikanten staan nu in de frontlinie. De vijand zal binnenkort op ons af komen, maar laten wij vallen in dezelfde oorlog, laten wij vallen in dezelfde slag, laten wij strijden voor hetzelfde geloof dat eenmaal aan de heiligen overgeleverd is. En u allen, elk in uw eigen orde, zult volgen zo snel als de tijd verstrijkt. Er is geen ontslag in de strijd waarover we het nu hebben, en alle heiligen moeten dezelfde vijand ontmoeten. Maar, broeders, de Verlosser heeft de dood uitgetogen.
Covell aan het woord
God geve dat ieder van u zal zijn als de bomen die zo van de aarde in hemelse grond zijn overgeplant. En mag Hij in Zijn barmhartigheid verhoeden dat u een dorre boom blijft, met verdorde takken die alleen geschikt zijn voor, en ten slotte verteerd zullen worden in het vuur der hel.