Categorie archieven: Persoonlijk woord

Tiptaft persoonlijk

In een preek over Psalm 30:6; Kunt u eerlijk tegen God zeggen: ‘Geef mij die godsdienst die het vuur zal kunnen doorstaan, die mij in staat zal stellen om het vuur te verdragen’? Dit is zeer grievend voor de hoogmoed van het menselijk hart. Ik weet hier een beetje van uit ervaring. Als we onszelf gevleid hebben dat we het in de godsdienst ver gebracht hebben, hoe diep krenkend is het dan om weer teruggebracht te moeten worden, het gevoel te krijgen dat we bijna niets op de juiste wijze weten, en haast te vrezen dat we slechts verworpenen zijn. Dit te ervaren, is net zoiets als een mens die in zijn slaap droomt dat hij rijk is, maar wanneer hij wakker wordt, ontdekt dat hij een bedelaar is. Echter, als u deze dingen kent, zult u iets weten van wat de kinderen Israëls ervaren hebben toen ze aan de oevers van de Jordaan gebracht waren en vervolgens teruggevoerd werden tot bijna aan de Rode Zee. Ze waren even ver van het beloofde land verwijderd alsof ze amper één stap gedaan hadden.

Warburton persoonlijk

Ik betreed zelf het pad der benauwdheden. Ik ben telkens weer bezweken door beproevingen in gezin, armoede en dat schulden mij van alle kanten omringden. De ene na de andere schuldeiser stuurde mij aanmaningen en de huishuur moest betaald. De huurbaas was een vijand van Gods Waarheid en wilde die oude Warburton uit de gemeente hebben. De Heere verborg zijn aangezicht, de duivel brulde, daarbij de kinderen amper half gekleed en geen schoenen aan de voeten.

Ach mijn vrienden, als we op zulke plaatsen terecht komen, toetst dat blijdschap en vertrouwen. Ik weet het door hetgeen in mijn hart is. De duivel woedt en werkt dan op mijn vleselijke natuur. Blaast zulke gedachten als deze in: ‘Kijk nu eens naar sommige buren die vloekers, zweerders en sabbatschenders zijn. Let op hun voorspoed en hoe de voorzienigheid hun voorspoed in de schoot werpt. Kijk nu naar uzelf en anderen waarvan u zegt dat het ’s Heeren volk is. Kijk eens naar uw gebeden, hoe dat u tot God hebt gebeden, maar er geen verlossing kwam. Alles zit u tegen, elke poging van uw handen is nutteloos geweest.’

Mijn vrienden, dan heb ik het wel zo benauwd gehad, dat ik begon te schudden totdat mijn gewrichten het zouden hebben begeven, totdat mijn hart het heeft uitgeroepen: ‘Ondersteun mij, zo zal ik behouden zijn.’ ‘Daarom wordt mijn geest overstelpt in mij’. Mijn tranen zijn mij spijs dag en nacht, omdat zij de ganse dag tot mij zeggen: Waar is uw God?’ Het scheen alsof de Heere mij verlaten had, de duivel was me aan het bepraten en gereed mij te verzwelgen. Maar, mijn vrienden, hetzij tot eer van God gezegd, de huishuur kwam er. Een halve guinea kwam van de ene, en zeven shilling van de andere kant, zodat ik genoeg had. De arme gepensioneerde op Gods milddadigheid en barmhartigheid, ging als een heer zijn huishuur betalen, en kwam terug met een hart vol dankbaarheid tot de Heere voor Zijn goedheid. Hij heeft mij kostelijke waarheid geleerd, en lieflijk aan mijn hart bevestigd, dat we door vele verdrukkingen het Koninkrijk Gods binnen moeten gaan.

Kom dan arme ziel, die nu hetzelfde pad gaat…..

Philpot persoonlijk

Bij de bouw van een schaapskooi moest als eerste een plaats gekozen worden die er geschikt voor was. Breng dit denkbeeld in verband met de schaapskooi op een hoger plan. God koos deze wereld uit als een plaats waarin Hij de schaapskooi zou neerzetten. Soms zijn er atheïstische gedachten van deze aard in mij opgekomen: ‘Wat is deze kleine planeet vergeleken bij de sterrenhemel die we aanschouwen? En hoe kunnen we denken dat deze relatief onbeduidende plek zo bevoorrecht kon worden dat de Heere Jezus Christus erin zou afdalen, lijden en sterven?’ Maar soms heb ik ondervonden dat mijn geest van deze atheïstische suggesties werd bevrijd door deze overweging: ‘God verkoos de aarde om als het ware het theater te zijn, de plek waarop Hij Zijn liefde zou openbaren.’ Daarom doet de onbeduidendheid van het theater er niet toe; als de plaats die God verkoos om daarin de uitnemende rijkdom van Zijn genade te vertonen, verliest het zijn onbeduidendheid en wordt het in werkelijkheid van groter betekenis dan alle ontelbare sferen van de sterrenhemel. De plek die God uitkoos als een plaats waar Hij Zijn schaapskooi zou neerzetten, was dus deze aarde waarop wij wonen.

Tiptaft persoonlijk

Als een mens er in zijn ziel nooit mee beproefd en geoefend wordt of het werk een genadewerk is of niet, geloof ik dat zulke personen niet van God geleerd zijn. Ik ben hier heel zeker van, want ik weet uit eigen ervaring dat een mens niet anders gelouterd kan worden dan in de smeltkroes van beproeving. Het gaat niet alleen maar om een praten over loutering; dat is niet voldoende; u moet daadwerkelijk het pijnlijke gevoel ervan meemaken.

Philpot persoonlijk

Wij kunnen alleen zo toegaan tot de troon der genade wanneer we zwoegen onder de last van zwakheden. Het zijn mijn zwakheden die de genadetroon dierbaar maken. Hoe meer verzoekingen ik voel, hoe meer genade ik behoef; hoe meer zwakheden ik voel, hoe meer mijn ziel de veel meer overvloedige genade nodig heeft. Het verband tussen mijn zwakheden en verzoekingen en de genadetroon is dus het nauwst denkbare verband.

Philpot persoonlijk

Als des Heeren voorzienige beschikking mij roept en gelegenheid geeft om te spreken, heb ik in mijn oprecht gemoed maar een oogmerk: niet om proselieten tot mijn belijdenis te maken, niet om een vergadering te vormen, niet om op uw vleselijke gewaar­wordingen te werken; maar te strijden voor de levende Godza­ligheid, in zover als ik er zelf kennis aan heb.

Philpot persoonlijk

Ik was en ben in zekeren zin nog een ijverig student van het woord der waarheid in de oorspronkelijke talen; en lees de geschriften van de Godzalige mannen voortdurend, maar dit alles heb ik zeer ongenoegzaam bevonden ten dage der beproeving en der verzoeking, en van weinig betekenis ten opzichte der bediening. Niets dan het werk en de getuigenis des Geestes door het Woord Zijner genade, kan enig leven of gevoel, kracht of vertroosting aan mijn hart geven, of mij bekwamen om het Woord der waarheid recht te snijden en ten goede van de harten van Gods volk te spreken of te schrijven. Mijn leren dus, zodanig als het is, is van weinig nut ten dage van verdrukking en benauwdheid, om van vrede te spreken tot een belaste consciëntie, of mijn ziel te verzekeren van haar deel in het verzoenend bloed en stervende liefde.

Gadsby persoonlijk

Het is nu bijna vijftig jaar geleden dat God mij voor het eerst begon te behouwen en Hij is nog steeds niet klaar. En ik kan van harte ‘amen’ zeggen op de in het rond vliegende spaanders die Hij van mij afhakt, want:

Bastaards kunnen aan de roede ontkomen,
Wegggezonken in aards, ijdel vermaak;
Maar het wettig-geboren kind van God
Mag er niet aan ontkomen en wil het ook niet, al kon hij het.[1]

Gods kind heeft geen belofte voor rust hier. Toch heb ik mij heel erg ingespannen om te bewijzen dat God niet waarachtig is. Want Gods Woord vertelt mij dat ik door vele verdrukkingen moet ingaan in het Koninkrijk, terwijl ik mij inspande om dit leven door te komen zonder verdrukking en zonder kruisen. Maar Gods Woord is waarachtig en daarom zullen deze moeiten er komen. Maar hoewel vijanden vermenigvuldigen en beproevingen mij op de hielen zitten, niettemin blijft er een rust over voor het volk Gods. Wanneer die dag aanbreekt: vaarwel alles wat wilde hinderen!


[1] Uit ‘’Tis my happiness below’, van William Cowper (1731-1800). Nr. 282 in Gadsby’s Hymns.

Philpot persoonlijk

Maar de Heere kan in een geheel anderen weg werken dan gij denkt; en gij kunt zeer onoplettend zijn op de inwendige stem van God in uwe consciënties, omdat gij de stem verwacht in een anderen weg te komen. Het was evenzo met mij. Toen ik mij in de Staatskerk bevond, belast met al de dingen die ik had door te gaan, en ontrust en verward in mijn gemoed riep ik tot den Heere om mij te verlossen, mij uit te leiden mij te tonen wat ik doen moest, mij den weg klaar en duidelijk te maken. Nu dat was mijne oprechte bede; maar ik verwachtte een wonderbare tussenkomst, een stem te horen; een wondervolle leiding te hebben; en daarop wachtende, wachtte ik op iets dat de Heere nooit denkt te geven. En ik werd ten laatste tot deze inwendige overtuiging gebracht; Stel dat ik schuldig was aan dronkenschap, of leefde in overspel, of dat ik wandelde in een openbare zonde, zou ik een stem van God verwachten die tot mij zei: ‘verlaat de dronkenschap, vlied het overspel, geef deze zonde op?’ Zou ik dan een goddelijke openbaring verwachten om mij uit deze zonde te brengen, als mijn geweten er ernstig tegen getuigde? Nee, juist de overtuiging is de verhoring van God op het gebed…… En op deze eenvoudige overtuiging werd ik in staat gesteld te handelen, en nimmer tot op deze dag heb ik er berouw over gehad.

Gadsby persoonlijk

Niemand kan waarlijk Gods Woord predikenen tenzij de Geest van God het aan hem openbaart. Ik heb lang met het gedeelte uit Ezechiël 1 over de raderen geworsteld, en nu – naar ik vertrouw – heeft het God behaagd er een lichtstraal op te werpen. Naarmate de Geest van God mij ertoe in staat zal stellen, zal ik vrijmoedig spreken over de verborgenheid die hierin ligt opgesloten. (preek over Ez.1:15-20, te beluisteren)

Tiptaft persoonlijk

De Schrift kan niet gebroken worden, en deze woorden werden niet voor niets geschreven: ‘Mijn zoon, veracht de tucht des HEEREN niet, en wees Zijn kastijding niet moe’ (Spr. 3:11). Ik heb geweten wat het is om ze te verachten en moe te zijn. Ik heb geweten wat het is om God ervoor te loven en te prijzen, en te weten dat ik zonder Zijn tucht en kastijding niet kon zijn gehouden op de rechte en nauwe weg die tot het eeuwige leven leidt.

Philpot persoonlijk

Ik weet, mijn godsdienst begon zo; en ik heb altijd vast op dezen grond gestaan, dat een godsdienst die niet begint met zuchten en klagen, en uitstorten van de ziel tot God onder de instorting van de Geest, een godsdienst is die in het vlees begon, én nooit ontsprong door de krachtige werking van God in de ziel.

Mockford persoonlijk

Hoe meer ik in het Woord van God las, hoe meer ik de soevereiniteit van Jehova op zijn bladzijden vond tentoongespreid. Het deel des Woord waarvan ik in het bijzonder een afkeer had was: Jakob heb Ik liefgehad en Ezau heb Ik gehaat! Rom 9:13. Daarom beproefde ik, om mijzelf wijs te maken, dat dit verkeerd vertaald was… O, had ik God maar over kunnen halen om mijn naam in het Boek des levens erbij te zetten en mij mede aan te nemen! Maar dit scheen mij onmogelijk, want de uitverkorenen verkregen het, en de overigen, waarvan ik vreesde ook een te zijn, werden verhard.

Philpot persoonlijk

Kunnen wij zien dat ons dagelijks brood, onze verschillende aardse en volstrekt onverdiende vertroostingen, onze kleding, ons huis en thuis, ons gezin en onze vrienden, ons allemaal geschonken worden door een vriendelijke voorzienigheid? Kunnen wij ze als zodanig onmiddellijk uit Gods handen ontvangen, alsof Hij Zelf ze naar ons bracht? Dan vinden we weide in de voorzienigheid.

In dit licht beschouwd, schitteren de gewoonste barmhartigheden voor onze ogen als gestempeld met Gods goedertierenheid. Ik herinner mij hoe ik vele jaren geleden, toen ik nog in de Kerk van Engeland en een fellow van een college was, bij zekere gelegenheid mijn halfjaarlijkse salaris zou ontvangen. Terwijl ik in de kamer zat te wachten om het te ontvangen, kreeg ik een zeer helder en zoet gezicht, zoals ik nooit eerder gehad had, hoe het mij door God Zelf gegeven werd. Hoewel het geen heel groot bedrag was en hoewel ik vaak veel meer aangenomen heb, toch was het denk ik het lieflijkste geld dat ik ooit in mijn leven aangenomen heb, omdat ik zo helder Gods goedheid kon zien, Die het mij gaf.

Zo dikwijls wij dus Gods goedheid kunnen zien, Die ons de milde gaven van de voorzienigheid geeft, lijkt dit er een dubbele waarde op te stempelen en genieten we ze met twee keer zoveel smaak, aangezien ze uit Zijn milde hand komen.