Deborah Philpot persoonlijk

Op de driemaandelijkse ledenvergadering werd mijn zaak ingebracht en de diakenen werden afgevaardigd om mij thuis te bezoeken. Ik werd in staat gesteld om hun een verslag te geven van de bemoeienissen des Heeren met mij en van mijn oefeningen betreffende de Doop. En inderdaad werd die zoete belofte voor mij werkelijkheid: ‘Gij zult hem in volmaakte vrede bewaren, wiens gemoed op U gevestigd is, omdat hij op U vertrouwt’ (Jes. 26:3, KJV). Zo kwam ik voor de gemeente en ik werd geholpen om een verslag te geven van wat ik hoopte dat de Heere aan mijn ziel gedaan had. Ik begon bij het begin en ging stap voor stap verder om te eindigen met mijn recente oefeningen over de Doop. Ik denk dat de Heere mij ingang gaf in het hart van Zijn volk; zij ontvingen mij vriendelijk en eenstemmig. Daarna ging ik naar huis, en ik kan nauwelijks woorden vinden voor de vrede en het geluk die volgden. Een hele week lang wandelde ik in het licht van ’s Heeren aanschijn, in de genieting van Zijn liefde en tegenwoordigheid.