Nieuwe uitgave binnenkort

Er wordt hard gewerkt aan een serie met al de preken en werken van William Gadsby waarvan deel 1 DV over niet al te lange termijn hoopt te verschijnen.

DV nog dit jaar verschijnt er eerst:

De Doop – Op duidelijke en getrouwe wijze opengelegd
door John Norcott en opnieuw vertaald in het Nederlands

Dit opmerkelijke boekje werd geschreven door één van de eerste Particuliere Baptistenpredikers, John Norcott, predikant te Wapping, Londen. In zijn tijd werden de baptisten onderdrukt en ook de auteur leed vervolging, kennelijk van de kant van broeders. Norcott publiceerde dit werkje terwijl hij in Holland was, waarheen hij door de vervolging verdreven was. John Norcott stierf op middelbare leeftijd in 1676.

Norcott schreef dit boekje aan zijn zeer geliefde vrienden en broeders in en rondom Wapping, die onze Heere Jezus liefhebben in oprechtheid, kinderen van één Vader, deelgenoten van de heerlijke Geest der genade.

In het boekje verklaart hij met grote helderheid de vraag en het antwoord die hij in zijn opdracht stelt: Misschien vragen sommigen: Waarom laat u uw keus vallen op de Doop als onderwerp voor uw eerste publicatie? Dingen van groter belang hadden toch nuttiger kunnen zijn? …. Zo zeg ik ook: omdat deze ordinantie van de Doop een verwaarloosde ordinantie is, die niet zuiver, naar het voorbeeld op de berg, in praktijk gebracht wordt, leek het mij goed om mijn keus hierop te laten vallen.

Een recensie over dit boekje in The Gospel Standard van 1912 geeft aan dat het boekje twee dingen karakteriseren: Ten eerste, de volheid van het Schriftuurlijke onderwijs over het onderwerp. ‘Alzo zegt de Heere’, staat op iedere pagina, in ieder argument en ieder pleidooi. En ten tweede: De begenadigde geest waarvan het doordrongen is, de zalving waarmee het klaarblijkelijk geschreven werd. De schrijver had de stromen van water die door Christus beloofd werden.

Een recensie over dit boekje stond ook laatst, juli 2017, in The Gospel Standard nav de laatste uitgave van 2016, en is als volgt:

Het is een voortreffelijk boek; het toont heel duidelijk aan dat, volgens de Schrift, de Doop der gelovigen door onderdompeling in water behoort plaats te vinden na belijdenis van Christus. John Norcott is niet zo goed bekend onder ons. Hij stierf op middelbare leeftijd in 1676. Hij werd de tweede predikant van de eerste Engelse Particuliere Baptistengemeente in Wapping, als opvolger van John Spilsbury. Zijn geboortedatum blijkt onbekend te zijn.

Het boek bestaat uit elf korte hoofdstukken. De eerste twee hoofdstukken laten vanuit de Schrift Christus’ voorbeeld zien in Zijn doop, en ook Christus’ opdracht om gelovigen te dopen. Het derde hoofdstuk geeft ons voorbeelden van de Doop der gelovigen in de Schrift. Hoofdstuk vier legt uit dat het dopen plaatsvindt door onderdompeling onder water, en het volgende hoofdstuk maakt vanuit de Schrift duidelijk dat dit moet doorgaan tot Christus’ tweede komst. Het zesde hoofdstuk bewijst dat de Doop voor alle gelovigen is, ongeacht de mate van genade. Hoofdstuk zeven toont aan dat de Doop der gelovigen een grote ordinantie is. In het volgende hoofdstuk beantwoordt John Norcott tweeëntwintig tegenwerpingen tegen de Doop der gelovigen. Hoofdstuk negen bestaat uit een tabel van vergelijking tussen de Doop der gelovigen en de kinderbesprenkeling. Hoofdstuk tien heeft als titel: ‘Duidelijke Schriftplaatsen aangaande de Doop, zonder enige menselijke gevolgtrekking vanuit de wijsheid van de mens.’ In het laatste hoofdstuk staan John Norcotts afsluitende overwegingen. Deze overwegingen geven ons plechtige leesstof. Het aanhangsel bevat een uittreksel over John Norcott uit History of the English Baptists van Joseph Ivimey.

Wij herhalen dat het een voortreffelijk boek is. De schrijfstijl is duidelijk en eenvoudig. Toch wordt overtuigend aangetoond dat de bewijsgrond voor dit leerstuk uit Gods Woord komt. De Schriftuurlijke waarheden worden op een duidelijke en directe manier beschreven, en zijn gemakkelijk te begrijpen. Het kwam ons voor dat de Schriftuurlijke waarheid op zo’n onweerlegbare manier uiteengezet wordt. In het voorwoord van de uitgever staan enkele opmerkingen die Mr. J.K. Popham in 1912 gemaakt heeft. Hij schreef ‘dat geen ander werk dat wij over dit onderwerp gelezen hebben, met eenzelfde helderheid en overtuiging de natuur, manier en verplichting van de Doop naar ons hart en verstand overbracht …’ Hij maakte nog meer heel positieve opmerkingen. Wij hopen enkele uittreksels uit dit boek in het volgende nummer van de Gospel Standard op te nemen, zo God wil.

De publicatie van dit boek komt heel goed uit nu er tegen de Doop der gelovigen geschreven is in het blad van de Netherlands Reformed Congregations in de Verenigde Staten en Canada. Wij realiseren ons dat er in de kring van Nederlandse reformatorische kerken veel godvruchtige gelovigen zijn, die een door God gewerkt geloof bezitten. Het spijt ons dat er in een artikel over de Doop (dat loopt vanaf de nummers februari tot mei) dingen geschreven zijn die niet waar zijn.

Er wordt gezegd dat wij de volwassenendoop in praktijk brengen. Nee, wij brengen de Doop der gelovigen in praktijk, op belijdenis van geloof in Christus, met bekering en tevens een gezegende hoop in Immánuël. Hierbij kan het ook gaan om kinderen of tieners, op een waarachtige en hartelijke belijdenis.

Een ander misverstand is dat wij niet geloven dat het met Abraham gesloten verbond geestelijk was. Dat was het zeker, want Jezus zei: ‘Abraham … heeft met verheuging verlangd, opdat hij Mijn dag zien zou; en hij heeft hem gezien en is verblijd geweest.’ Hij zag door het geloof de zaligheid voor zichzelf in het Zaad der belofte. John Norcott behandelt Calvijns dogma dat de Doop in de plaats van de besnijdenis gekomen is en daarom bedoeld is voor kinderen die in christelijke gezinnen geboren worden. John Norcott toont vanuit de Schrift duidelijk aan dat wanneer een huisgezin gedoopt werd, dit plaatsvond nadat zij geloofden.

Wij hebben veel achting voor de godzaligen in de Nederlandse reformatorische kerken, maar het spijt ons dat zij de on-Schriftuurlijke opvattingen van Calvijn en anderen over de Doop volgen. Een van de eerste belijdenissen van de baptisten werd in 1644 opgesteld en in 1646 uitgebreid, en staat bekend als de London Baptist Confession of Faith. De Dordtse Leerregels werden in 1618 en 1619 goedgekeurd. De Westminster Confession werd in 1646 opgesteld. De wortels van onze Geloofsbelijdenissen zijn even oud als die van de andere reformatorische kerken.

Dit geschrift is een kort geschrift, maar wel een meesterlijk geschrift. Daarom bevelen wij het van harte bij onze lezers aan.